Hypnose is goed voor lichaam en geest

Vijf jaar geleden begon de linkerarm van Romana Elmensdorp (35) uit Dordrecht ongewild te draaien. Relatief snel kreeg ze de diagnose taakspecifieke dystonie. Een flinke klap voor een kapster
en nagelstyliste. Maar door een hypnosebehandeling bij het Expertisecentrum voor functionele bewegingsstoornissen kan ze nu weer 5 uur per dag werken.

Lang hield ze zichzelf voor dat ze zou genezen van de taakspecifieke dystonie. Toen de botulinetoxine injecties niet echt hielpen, begon ze driftig te zoeken naar andere behandelmogelijkheden. “Ik
dacht: er moet meer mogelijk zijn dan dit. Via een facebookgroep ontdekte ik Jordy den Engelsman, een fysiotherapeut, die gespecialiseerd is in dystonie.
Ik zat toen nog midden in de ontkenningsfase, maar hier begon de acceptatie dat de dystonie niet zou overgaan.”

Zeldzaam geval

Toch was Romana nog niet tevreden met hoe het ging. En dus zocht ze verder. Online stuitte ze op het Expertisecentrum voor functionele bewegingsstoornissen in Woerden. “Het lastige is dat ik een zeldzaam geval ben. Een taakspecifieke dystonie in de volledige arm komt nauwelijks voor. Marleen Tibben (oprichter van het expertisecentrum, red.) wilde me daarom zelf behandelen.”

Toen Romana hoorde dat de behandeling bestond uit hypnose, dacht ze: “Ik krijg een balletje voor mijn ogen. Als die heen en weer beweegt, dan val ik in slaap. Maar ondanks mijn scepsis wilde ik er toch aan beginnen. Ik zou alles hebben aangepakt op dat moment, zo graag wilde ik beter worden. Ik dacht nog wel: dadelijk blijf ik erin. Maar Marleen verzekerde me dat dit niet zou gebeuren. Ze legde heel goed uit wat de therapie inhield.”

Kijken naar een puntje op de muur

Romana moest naar een puntje op de muur kijken, terwijl ze in een lekkere stoel zat. “Langzaamaan word je blik wazig en op dat moment sluit je je ogen. Je voelt de rust komen. Ondertussen luister je naar de stem van Marleen en in gedachten maak je je arm zwaar. Je voelt dan letterlijk dat je arm weer bij je lichaam hoort en de ongecontroleerde beweging verdwijnt. In het begin moet je dit heel bewust doen, maar nu kan ik het terwijl ik iemand aan het knippen ben. Dan voel ik dat mijn arm een ongecontroleerde beweging wil maken en sluit ik even mijn ogen. Ik maak mijn arm zwaar en dan ik kan door met knippen.”

Daarna oefende Romana met katalepsie. “Dan druk je met je eigen vingers op een punt in je arm. Bij mij was dit een plek vlak boven mijn pols. Dan word je je bewust van de spier en kun je die tijdelijk vasthouden. Je arm stopt met trillen of rare bewegingen maken. Als je dit heel vaak oefent, ontstaat er een nieuw patroon in je hersenen.”

Verbetering van 20 à 30 procent

Helemaal over gaan de klachten niet. “Dat had Marleen vooraf ook verteld. Ik ervaar een verbetering van 20 à 30 procent.
Eigenlijk gaat mijn werk niet samen met mijn aandoening, maar het is voor mij een uit de hand gelopen hobby. Dus ik heb mezelf alternatieve bewegingen aangeleerd, die afwijken van wat ik op de kappersschool heb geleerd. Ik doe er misschien iets langer over, maar het resultaat is hetzelfde. Gelukkig heeft niemand me nog het advies gegeven om te stoppen met knippen. Dat zou ik vreselijk vinden.”

Wel moet ze de oefeningen zelf goed bijhouden. “Als ik ziek of op vakantie ben geweest, dan moet ik mijn maniertjes weer opnieuw oppakken. Daarom heb ik met Marleen afgesproken dat ik over een half jaar langs mag komen voor onderhoud. Ik oefen meerdere keren op de dag. Ik heb de oefeningen meegekregen op mijn telefoon. Als ik dat consequent doe, dan kan ik 4 keer per week 5 uur werken. Doe ik meer, dan merk ik dat meteen.”

Ze gaat met hart en ziel voor de patiënten

Volgens Romana draait de behandeling om “acceptatie” en “bewustwording van je lichaam”. “Voor de behandeling voelde ik alleen maar irritatie over mijn aandoening en had ik geen idee hoe ik ermee kon omgaan. Nu kan ik zelf rust in mijn lichaam brengen. Ik zal de ziekte nooit kunnen omarmen, maar ik kan de ziekte nu de hand geven. Samen gaan we door het leven. Daar ben ik Marleen heel dankbaar voor. Zij is niet iemand die ‘gewoon haar werk doet’. Ze gaat met hart en ziel voor haar patiënten.”